11 maart 2019
Op 4 maart heeft een groep individuen en NGO’s uit Estland, Frankrijk, Ierland, Roemenië, Slowakije, Zweden en de VS de Europese Unie aangeklaagd vanwege het voornemen biomassa uit het bos te beschouwen als hernieuwbare energie.
Als ze winnen, zou het de EU een energiebron kosten van bijna 60% van de geplande hernieuwbare energie, meer dan zonne- en windenergie samen. Deze zaak, met mogelijke precedentwerking, is 4 maart aanhangig gemaakt door een aantal individuele belanghebbenden en NGO´s bij het EU hof in Luxemburg.
Argumenten van de klagers:
- Wetenschappelijk bewijs van het effect op klimaatverandering door de oogst en het opstoken van bomen voor energiedoeleinden door ontbossing buiten Europa wordt genegeerd.
- Het beschouwen van biomassa als CO2-neutraal druist in tegen wetenschappelijk onderzoek dat laat zien dat het verbranden van hout 1,5 x meer CO2 uitstoot oplevert dan het stoken van steenkool en 3 x meer dan de uitstoot van gas.
- Schade aan gezondheid, middelen van bestaan, dorpen en culturele tradities ten gevolge van kappen, houtpelletindustrie en productie van biomassa.
De Europese Commissie laat het aan het Hof van Justitie in Luxemburg over om te beslissen of deze zaak ontvankelijk is.
Vorig jaar heeft de EU de hernieuwbare energie richtlijn herzien, waarbij men zich heeft gecommitteerd rond 2030 minstens 32% van de benodigde energie uit hernieuwbare bronnen te winnen. Tevens heeft de EU zich ten doel gesteld CO2-emissies met 40% terug te dringen.
Het aanmerken als hernieuwbare energie van biomassa gewonnen uit gekapte bossen is in tegenspraak met artikel 191(1) van het EU verdrag, waarin partijen zich verplichten om het milieubeleid te laten bijdragen aan het behoud, de bescherming en de verbetering van de kwaliteit van het milieu en in het bijzonder aan de strijd tegen klimaatverandering.